Ludo Onzea
Ludo Onzea

Overlijdensberichten

De tekst op het doodsprentje van Ludo met op de voorkant zijn pentekening van Christus die het kruis draagt, werd waarschijnlijk geschreven door Piet Van den Berghe die een vriend des huizes was.
De tekst gaat als volgt:
Gele dood, stomme dood, elke porie wordt een wonde. Ludo mocht deze woorden van de dichter als de zijne aanzien. Allen waren wij met ontzetting geslagen als wij zagen hoe de dood stilaan dit jonge lichaam verwoestte.
Ludo heeft heel wat zware lasten te dragen gehad. Zijn zwakke gezondheid maakte hem de arbeid voor zijn gezin dubbel zwaar. En hoe tragisch was het niet voor deze fijne kunstenaarsziel te zien hoe tijd en kracht hem ontbraken om de ideeën die in hem leefden uit te werken. Maar al dit leed kon hem niet onderkrijgen. Hij dacht niet aan eigen leed maar was altijd even blij en hartelijk voor de zijnen en voor zijn vrienden. Zijn eerlijkheid in denken en doen, zijn openheid en begrip voor anderen, wars van alle naijver hadden hem vele vrienden bezorgd die hem hoog waardeerden.
Het citaat 'gele dood, stomme dood elke porie wordt een wonde' komt uit het gedicht 'Bij een sterfbed' van Marnix Gijsen.

Op 5 januari 1960 verscheen in de Gazet van Antwerpen volgend overlijdensbericht:
Het was Gods wil tot zich te roepen de ziel van Ludo Onzea, gediplomeerde van de Nationale Hogere School voor Bouw- en Sierkunsten, echtgenoot van Mevr. Yola Dewijn, geboren te Borgerhout, 11 februari 1928 en godvruchtig overleden te Antwerpen op 1 januari 1960, gesterkt door de H.H. Sacramenten der H. Kerk en de Pauselijke Zegen 'In Articulo Mortis'. De plechtige lijkdienst, waarop uw aanwezigheid verzocht wordt, zal plaatshebben op 6 januari 1960, te 10 uur in de parochiekerk van Sint Michiel te Antwerpen. Vrienden en kennissen die bij vergetelheid geen doodsbericht zouden ontvangen hebben, gelieven dit als dusdanig te aanzien.

In de Volksgazet van dezelfde datum verscheen volgend overlijdensbericht:
Ludo Onzea overleden. Wij vernemen met ontsteltenis het overlijden van de heer Ludo Onzea, gediplomeerde van de Nationale Hogere School voor Bouw- en Sierkunsten. De h. Onzea was slechts 32 jaar. Hij voerde sedert geruime tijd opdrachten uit voor 'Volksgazet' en 'Uitgeverij Ontwikkeling'. Zijn laatste creatie, de stand van de uitgeverij Ontwikkeling op de boekenbeurs te Antwerpen, bewees zijn smaak en verfijning. Het zo geslaagde bandontwerp van Walschap's 'De familie Roothooft' was eveneens van zijn hand.
Zijn afsterven berooft ons van een goed medewerker en een groot talent.
Aan de zwaar getroffen familie bieden wij onze oprechte deelneming aan.

In het weekblad Radio Televisieweek van de toenmalige B.R.T. verscheen in het nr. 4 van 22-28 januari 1961, een jaar dus na zijn overlijden, een herinnering aan Ludo:
Een jaar geleden overleed de kunstschilder en tekenaar Ludo Onzea, na een langdurige en pijnlijke ziekte.
Reeds als kind boeide de natuur hem. Dit kwam tot uiting in zijn tekeningen, schoolschriften en zelfs in zijn geïllustreerde brieven. Gedurende de V-bommen was hij te Moen-Kortrijk, waar hij dhr Sulmont, kunstschilder, ontmoette. Van hem leerde hij het portretschilderen. Na een jaar Academie te Antwerpen volgde hij te Brussel het hoger Instituut Ter Kameren. Hier was hij leerling van Prof. Joris Minne en De Roeck. Hij kon nu zijn vooruitstrevende gedachten hier uitwerken en slaagde schitterend in zijn studies. Alhoewel een nierziekte hem nu reeds verzwakte, werkte hij regelmatig aan schilderijen, karikaturen, etalages en decors. Voor zijn gezin werkte hij als etalagist in een grootwarenhuis. Vervolgens bij een filmstudio voor tekenfilm en tenslotte kwam de T.V. aan de beurt.

De uitvaartdienst werd gehouden op 6 januari 1960 in de Sint-Michielskerk aan de Amerikalei te Antwerpen. Op zijn verzoek werd Ludo begraven naast zijn vader (overleden in 1953) op het kerkhof van Silsburg te Deurne bij Antwerpen. Ook zijn moeder, Anna Lens, overleden in 1991, werd in hetzelfde graf begraven.

Volgend artikelAbstracte werken